Categorie archieven: Spinsels

wat ik kwijt wil, met je wil delen, of zomaar wil schrijven

Mijn eerste liefde op vier wielen

Wat? Nee…!
Ja, daar staat hij gewoon!

In 1979 haalde ik mijn rijbewijs en ergens tijdens mijn militaire diensttijd kocht ik mijn eerste auto bij Jan Schoonen op de Bredaseweg. Het was een prachtige goudbruine Opel Kadett. Toen uit 1973 of zo. Met als ik me goed herinner een 1200 cc motorblok. 

In die tijd maakten we veel minder foto’s dan nu; je had toen immers een echt fototoestel nodig. Ik geloof dat ik er ergens nog 1 fotootje van heb. Altijd spijt van gehad. Mijn eerste liefde op 4 wielen dan hè. Een paar jaar later zakte ik helaas door de vloer; dat was minder haha. 

En dan ineens; rij ik bij moeders door de wijk en zie ik hem staan. Een paar dagen terug. Mijn eerste Kadett. Ik ben gestopt en belde aan bij het huis waar hij stond. Daar was een jonge gast op bezoek die deze auto nu rijdt. Stomverbaasd over mijn enthousiasme.

Geen stuurbekrachtiging, geen elektrische ramen maar wel simpele techniek. Er kon weinig aan kapot. We hebben even staan kletsen en even de foto’s gemaakt die ik niet meer had. Een vurige ontmoeting. 

Wat niet meer was, is dan ineens weer.

Na 45 jaar nog steeds prachtig die kleur. 

Liefde in afbraak

Hier woonden mijn opa en oma Hopstaken in hun laatste jaren. En ook omaatje Knappers werd er liefdevol verzorgd. Bejaardenhuis De Brink in Roosendaal gaat momenteel definitief tegen de vlakte.

Een raar gezicht, juist in deze tijd nu de ouderenzorg zo onder druk staat. Lieve mensen van onze Thuiszorg bedrijven rennen en vliegen door stad en dorp om onze oudjes te verzorgen. Steeds moeilijker komen deze instanties aan personeel. 

Al vanaf 2010 begon onze politiek met het systematisch slopen van de zorginstellingen voor ouderen. Onder Rutte 2 werden vanaf 2013 honderden bejaardentehuizen gesloten en ook in Roosendaal was De Brink (zie foto) al een tijd geen verzorgingstehuis meer. En gelukkig komt er iets nieuws…

Terwijl ik er langs rijdt, stop ik, maak een praatje met andere omstanders. De lucht van beton-stof wappert langs. Systematisch verdwijnt letterlijk elke verdieping. Natuurlijk voldeed dit gebouw niet meer aan de huidige eisen, maar was het dan zo slecht in die tijd? Zijn onze ouderen nu niet eenzamer dan toen? Wie wast er over een jaartje of 25 onze billen als we dat niet meer kunnen?

Het zijn vragen die bij het beton-puin liggen, en worden afgevoerd. Heel benieuwd ben ik wat onze politiek de komende jaren aan de ouderen-zorg gaat doen. Hoe lelijk het gebouw ook was, er is zoveel liefde van mens tot mens gegaan. 

It’s probably me.

Van Spotify en YouTube krijg je aan het einde van een jaar wel eens een overzicht van de muziek die je het meest beluisterd en/of bekeken hebt. Ik weet nu al welk nummer dit aan het einde van 2024 zal zijn. Terwijl Sting met zijn vrouw in het publiek zit, brengt Gregory Porter dit nummer ten gehore. Zeldzaam mooi. Ik draai dit nummer echt grijs. Elk weekend even luisteren. De opname is van 2017. Het nummer is overigens uitgebracht in 1992 door Sting en Eric Clapton. Laten we maar zeggen dat ik het herontdekt heb een jaar of 7 later.

En het wordt alleen maar mooier.

Wordt dit de Westrand in 2040?

De Westrand in 2040?

Met een woontoren
van 15 tot 20 verdiepingen hoog,
op deze locatie?

Een paar jaar terug kwam onze prachtige groene wijk De Westrand negatief in het landelijke nieuws. Als zogenaamde achterstandswijk van Roosendaal. Terwijl er momenteel echt wel meer wijken uit de 60-er en 70-er jaren stevig aandacht verdienen, heeft ons stadsbestuur duidelijk voor De Westrand gekozen. En, laat ik meteen toegeven, dat die wijk mooier, beter, gezonder en veiliger kan, dat zijn we natuurlijk met iedereen eens.

Voorlichtingsavond, is dat communiceren?

Op 28 november presenteerden diverse stakeholders en de gemeente de eerste plannen aan de buurtgenoten in het Huis van de Westrand. Daar bleek al snel dat alle aandacht van de gemeente vooral ging naar 3 bouwlocaties. Het Permekeplein (wat al jaren voor schandaal erbij ligt), de Liebau locatie (braakliggend terrein) en de BDO locatie. Overal wil men stevig de hoogte in, hoger dan vorige gebouwen waren/zijn.

Op de BDO locatie, hoek Burg. Freijterslaan en Jan Vermeerlaan kregen we op die avond van november te horen dat men een woontoren van 15 woonlagen in gedachten had.

Toen we op de avond van 29 februari de 2e bewonersavond gingen bijwonen, bleek men ineens te spreken over 15 tot 20 woonlagen. Dat daarbij hele delen van de Frans Broosstraat en Frans Halslaan de hele middag in de schaduw komen te liggen, tja, daar ligt ons stadsbestuur niet van wakker.

Megalomane plannen

Nee, het college van Roosendaal wil rond 2040 naar 100.000 inwoners, kost wat kost. Bij de vragen die op de eerste avond werden gesteld, kregen we op de tweede avond nog geen antwoorden. Toen de vragen wat kritischer werden, was het antwoord van de sprekers namens de gemeente: “Nee, er is een gedegen studie door stedenbouwkundigen aan vooraf gegaan, dus dat zat volgens hen wel goed”. Daar moesten wij het mee doen. Arrogantie ten top.

Ons huidige stadsbestuur krijgt wat megalomane trekjes. Een schattige wijk uit de 60-er jaren zou ineens een upgrade moeten krijgen naar een soort van Kop van Zuid. 

Belabberde Gebiedsvisie

Afgelopen donderdagavond, 28 maart, hebben we met wat inwoners uit de wijk de commissievergadering van de gemeenteraad Roosendaal bijgewoond, waar de Gebiedsvisie Westrand besproken werd. Een Gebiedsvisie die overigens vol fouten en aannames zit, en waar een zonnestudie in beschreven wordt die onjuist is. Een Gebiedsvisie die gemaakt is zonder eerst met die inwoners goed te praten. De mensen die naast deze geplande monsterlijk hoge torenflat wonen, komen een groot deel van de middag in de schaduw. Wat doet dit met uitzicht? Privacy? Woongenot? Parkeergelegenheid?

Natuurlijk moet er gebouwd worden en zijn er meer woningen nodig. Maar waarom moet onze wijk Westrand ineens zo bloeden voor al de achterstallige woningbouw plannen van deze gemeente? 

Snapt de wethouder de verkeerssituatie eigenlijk wel?

De wethouders die zo enthousiast zijn over deze plannen, zoals een Klaar Koenraad die dit in haar portefeuille heeft, sprak ook over smallere rijbanen in de Freijterslaan. En aanpassingen in de Jan Vermeerlaan. Heeft ze de afgelopen jaren in de spitsuren de levensgevaarlijke turborotonde op de Freijterslaan al eens bekeken? Snapt ze werkelijk wat voor een verkeersdruk er al op deze wijk rust?

Als zij en haar college zo blij worden van een markante woontoren, en zij dit zo ‘status verhogend voor Roosendaal’ vinden, waarom zetten ze deze toren dan niet in de buurt van de Vlietbrug? Daar heb je geen overlast voor omwonenden en zit je meteen bij het station. Hoe handig is dat inzake parkeren en minder autogebruik en al het treinverkeer passeert de toren.

Is hoogbouw eigenlijk groen te noemen?

Deze artist-impression ziet er best sympathiek uit omdat hij vanuit een vluchtpunt is getekend waardoor 15 tot 20 woonlagen schattig lijken.

Een aantal politici hebben als argument aangedragen dat hoogbouw ‘groen’ is vanwege de mindere druk op de groene ruimte. Dit terwijl diezelfde politieke partijen toch al die landbouw willen aanpakken en verkleinen? Dan kun je toch prima uitbreiden met huizen bouwen.

Ik wacht op antwoord van de wethouder

Uit onderzoek is bewezen dat hoogbouw, met name in de avonduren, een gevoel van onveiligheid geeft aan mensen in die hele wijk. Terwijl we toch juist deze wijk een veiliger gevoel wilden geven?

We leven in een vrij land, en dat moeten we koesteren.

Als we 1600 kilometers naar het Oosten rijden, dan zijn we in Lviv in Oekraïne.

Iedereen kent de verschrikkelijke journaalbeelden. Iedereen die denkt dat wij in Nederland 100% van een oorlog met bombardementen gespaard blijven, die leeft misschien in een sprookje. Ik vraag mij met alle respect voor ieders keuze toch serieus af wie er dan in een toren van 15 tot 20 hoog wil wonen?

De genoemde wethouder hierboven, vind dat er voldoende onderzoek is gedaan. Niemand van deze politici is tot nu toe bij de omwonenden op de koffie geweest.

Aan Klaar Koenraad heb ik de vraag gesteld wat zij er van zou vinden als er zo een woontoren pal naast haar woning zou komen. Ik wacht nog op antwoord.

De maïs staat er weer mooi bij dit jaar!

Ken je dat? Dat je bij het zien van bepaalde voorwerpen, of het horen van een liedje, altijd aan die ene persoon moet denken. Wij, mijn vrouw en ik, hebben dat met maïs. Tijdens onze laatste vakantie in Normandië spraken we af dat we het alleen nog maar zouden benoemen op de momenten dat er aan beide kanten maïs groeide. Welnu, dat hebben we geweten, want dagelijks reden we over de mooiste landweggetjes aan de kust en groeide de lange Mexicaanse grassen aan beide kanten.

Ons Pa, vond het de laatste jaren van zijn leven, toen hij wat minder mobiel werd, heerlijk om een eindje te rijden. Op zondagen voorin de auto, hele middagen toeren door de omgeving en de wereld bekijken waar hij vroeger fietste. Het laatste jaar van zijn leven (hij is 90 mogen worden) was een kort avondje door de lange schaduwen van West-Brabant al zaligmakend. Er wordt hier de laatste jaren meer en meer mais verbouwd. Als we daar langs reden had pa altijd commentaar. Hier wat voorbeelden:

‘Jeetje, die maïs is vast nog maar net geplant.’

‘Zo, de maïs staat er weer mooi bij dit jaar!’

‘Nou, zo hoog heb ik de maïs hier nog nooit zien staan’.

En zo had hij er nog een paar. Pa had iets met maïs, en, wij nu dus ook. Als ik op de motor ergens langs lange maïsvelden rij, hoor ik mijzelf in de helm zeggen: “Hoi Pa”. Een veld vol met maïs is niet zo maar een veld meer. Het is de herinnering aan vroeger tijden, aan een mooi mens. Ik mag er graag langsrijden. Altijd met een glimlach. 

Was 2022 een kutjaar?

Toch weer even omkijken?

Ja sorry mensen. Ik schrijf wel vaker dat we niet te veel moeten omkijken. Maar, toch, elk jaar heb ik er weer even behoefte aan. Meestal eind december. Kijk ik naar 2022 dan is dit wereldwijd een jaar geworden waar er weer meer mocht, Corona werd beheersbaar. En toch is 2022 ook een jaar geworden van loslaten. 

Mijn laatste biertje met Pa in de tuin, met Meneer natuurlijk altijd in beeld.
Pa laat tegenwoordig de hond uit. De maatjes zijn samen.

Loslaten, omdat het niet anders kan.

Het leven laat ons zien dat geluk niet altijd maakbaar is. In juni moesten we afscheid nemen van ons pa. Sjef Knappers, 90 is hij mogen worden, een mooie leeftijd. Pa was op. Hij wilde naar onze lieve Heer. En dat is hem liefdevol gelukt. ‘Het is goed zo’, waren zijn woorden. Vijf maanden later werd onze trouwe boxer onverwacht ziek. Onze boxer Rex noemde ik vaak Meneer. En Meneer hebben we een maandje terug in laten slapen. We zijn onze schaduw kwijt en ons huis is af en toe ons huis niet meer. Kaal…..  Om ons heen worden mensen ziek, ernstig ziek soms. Daar kun je niks aan veranderen. En kijk je naar het nieuws dan lijkt het of de hele wereld in brand staat. 

Was dit dan een kutjaar? 

Nee. Want in al het verdriet schuilt zoveel liefde. Er zijn mensen om ons heen waar we blij en warm van worden. En we hebben elkaar. We voelen ons rijk, omdat er toch altijd weer meer liefde dan verdriet op ons pad komt.

Blijkbaar kan het één niet zonder het ander.
En kan ik niet zonder jou.

Mensen, voor zover het kan, maak van 2023 een mooi jaar, wees lief voor elkaar.

Pa zijn oude Pontiac

Wielerliefhebbers kennen hem. Wim van Est. Een legende. Als eerste Nederlander reed hij in 1951 in de gele trui tijdens de Tour de France. Bijnamen van van Est waren: De Locomotief, IJzeren Willem, De Knoest en De Beul van ‘t Heike. Op de dag dat hij startte in het geel, kukelde Van Est een ravijn in.

Wim van Est: “Mijn hart stond stil, maar m’n Pontiac liep!”

Nadat ze hem 70 meter naar boven hadden getakeld was zijn gevleugelde uitspraak: “Mijn hart stond stil, maar mijn Pontiac liep nog!” Van Est is uiteindelijk 80 jaar geworden. Hij overleed in Roosendaal in 2003. Mijn pa mocht het graag over hem hebben.

Ons Pa kreeg natuurlijk enkele jaren na de val van De Knoest ook een Pontiac horloge, eentje met drie sterren, de Pontiac Nageur. Zo’n horloge dat je nog zelf moest opwinden, zonder batterijtjes dus. Jaren terug had hij het opzij gelegd. Het liep slecht, viel telkens stil, en pa kreeg ergens een jaar of 10 geleden een horloge van Bndestem met grote cijfers, daar zag hij beter de tijd. De Pontiac belandde in zijn nachtkastje. Nu is ons pa deze zomer op de respectabele leeftijd van 90 jaar overleden. Uit de tijd geraakt, zoals we ook wel zeggen. We waren een week terug bij moeders aan het snuffelen in zijn kastje met oude brillen, en vonden een oud horloge. Pa zijn Pontiac.

Zou hij het nog doen?

Ik moest denken aan de verhalen over Wim van Est toen ik het horloge bekeek.

Enfin, opgewonden wond ik het klokje op, en wat denk je?

Hij loopt op de seconde gelijk. Elke ochtend even opwinden, en het oude horloge doet de krachten uit de vorige eeuw eer aan. Van Ma mocht ik het klokje cadeau hebben. Hij krijgt nog een servicebeurtje hoor, maar ondertussen loopt hij al meer dan een week precies secuur bij. 

Pa is uit de tijd, maar zijn Pontiac loopt nog hoor.

In Alles

Ik word half dromend wakker…
Hoor een vogel in de tuin.
Het is een riedel van trouw.
En hoe ik ook luister…
In alles hoor ik jou.

Een wandeling door het bos.
De zon schijnt door de bomen.
En verjaagt er de kou.
Waar ik ook kijk…
In alles zie ik jou.

Ik smeer een boterham 
en pak een kop thee.
En ik lunch met mijn vrouw.
In haar ogen zie ik verdriet. 
Ons hart schuilt bij jou.

‘s Avonds fiets ik naar huis…
gevolgd door lange schaduwen.
De lucht wordt grauw.
En waar ik ook rijd,
De route is van jou.

Ik ga maar eens slapen.
Leg mijn lijf in mijn bed,
mijn hoofd op mijn mouw.
Zacht roept een traan,
dat hij rolt voor jou.

Ach, het is geen ramp.
Dat je hier niet meer bent.
Want het is mijn hart,
wat jou altijd herkent.

Ver ben je nooit.
Nee, in alles dichtbij.
Waar ik ook ben.
Ik voel je in mij.


(dit gedicht schreef ik, John, op 3 juli 2022, enkele weken na het overlijden van mijn pa)