Van deze spirituele klassieker zijn er meer dan 2 miljoen exemplaren gedrukt in 29 talen en het wordt uitgegeven in 56 landen. Het boek wordt gebruikt door universiteiten, groepen en instellingen op medisch en religieus gebied, alsmede door verpleegkundigen, artsen en andere medische professionals.
Sogyal Rinpoche ziet ‘Het Tibetaanse Boek van Leven en Sterven’ als basishandleiding voor degenen die het Tibetaans boeddhisme in het algemeen en zijn onderricht in het bijzonder willen beoefenen en in praktijk brengen.
Rinpoche onderscheidt in het boek vier fundamentele thema’s, de zogenaamde Vier Pijlers: Meditatie, de geest thuisbrengen; Mededogen, het wensvervullende juweel in jezelf vrijmaken; Devotie en de beoefening van goeroeyoga; en reflectie over leven en sterven.