Categoriearchief: Mooie boeken

van schrijvers die mijn kijk op het leven veranderd hebben

Petra etCetera

Petra d’Huy, schreef een prachtig boek.
Een autobiografisch zelfhulpboek.

“Ik ben meer dan mijn diagnose en dit boek is meer dan een herstelverhaal. Je kan het een autobiografisch zelfhulpboek voor ervaringsgenoten noemen, vol (praktische) informatie, verwijzingen naar websites, onderzoeken, personen en andere boeken. Mijn boek gaat over ziek zijn, diagnose krijgen, stabiel worden en herstellen. Ook komen (direct)betrokkenen aan het woord, want een bipolaire stoornis heb je niet alleen.”

Het boek kun je bestellen via Uitgeverij Tobi Vroegh op

Petra etcetera

Petra, ik ben trots op al jouw power en doorzettingsvermogen.
Je hebt het geflikt. En ik ben er ook trots op dat mijn gedicht ‘Kijk en Zie’ er in opgenomen is.

Vrij – het boek (door Marnix Pauwels)

[Onderstaande tekst is overgenomen van de blog van Marnix Pauwels, i.o. met Marnix. Ik heb al een flink aantal losse pagina’s gelezen via Twitter. Het wordt volgens mij een bestseller. Wat ik zelf van het totale boek ga vinden, lees je later weer op Knappers.nl]

image

FUCK YEAH, MIJN EERSTE BOEK IS VERSCHENEN

Vandaag, zaterdag 30 januari, is mijn boek ‘Vrij’ verschenen. Ruim een week voor de presentatie in de Balie in Amsterdam, op zondag 7 februari. Dat voelt gek, geweldig, stoer, best onwerkelijk en een beetje angstaanjagend tegelijk.
Een eerste boek, en dan meteen over zo’n beetje elke psychische worsteling die je als mens kunt ondergaan. Een eerbetoon aan vallen en weer opstaan en opnieuw omlazeren. Een verhaal over jezelf keihard tegenkomen en doorgaan als je eigenlijk niet meer wil. Een ode aan veerkracht, moed, en de held in onszelf. Maar vooral een ontmaskering van misschien wel het grootste misverstand dat er bestaat: het idee dat onze gedachten bepalen wie we zijn, en dat wij ze beheersen.
En hoe je dat inzicht voor je kunt laten werken!

FEITEN:

‘Vrij’ is geen autobiografie. Van de bijna 300 pagina’s is slechts één hoofdstuk ingeruimd voor mijn levensverhaal. Dat heb ik bewust zo gedaan. Ten eerste ben ik voor de meeste mensen totaal niet interessant. Ongeveer niemand kent me, mijn leven was echt niet bovengemiddeld fascinerend, dus dat zou qua gebeurtenissen geen spectaculair leesvoer opleveren (en ook meteen een heel beperkte doelgroep, laten we wel wezen).
Ten tweede (en dat is een stuk relevanter): wat ik heb overgehouden aan mijn bestaan tot nu toe, wat ik geleerd en uitgeprobeerd heb om te ontsnappen aan mijn onrust en pijn, is vele malen interessanter dan de gebeurtenissen zélf. Het zijn de lessen en inzichten die mij veranderden van een bang en kwaad, extreem afhankelijk mens, in een vrolijk en zelfverzekerd maar vooral optimistisch individu. Ook al zijn mijn leven en ík niet extreem boeiend: ‘Vrij’ is een boek waarvan ik zeker weet dat het je écht iets kan bieden.
Waarom? Omdat ik snap dat we allemaal dolen. Omdat we heel vaak niet weten wat we hier de fuck aan het doen zijn. Omdat we af en toe compleet de weg kwijt zijn en kansloos vechten tegen alles en iedereen. Omdat we stuk voor stuk regelmatig belachelijke en destructieve dingen doen die we niet begrijpen, dingen voelen waar we geen kant mee op kunnen, en elke dag weer ontdekken dat het leven ons meestal niet geeft wat we zo graag willen.
En vooral: omdat we allemaal soms ontzettend moe zijn, leeg, en radeloos.

MIJN DRIJFVEREN:

Waarom schreef ik ‘Vrij’, en waarom ben ik er zo op gebrand het te promoten?

Ik deed een TED-talk. Was een belevenis!
Ik heb er nooit voor gekozen om depressief te worden, verslaafd te zijn aan drank en drugs, en om jarenlang bang te worden om niks. Het is nooit mijn plan geweest mensen te kwetsen, voor te liegen, en teleur te stellen. Het was niet mijn bedoeling om cynisch en lomp door het leven te stappen, en alles preventief kapot te maken, vóór iemand anders daar de kans toe kreeg. En toch is het me overkomen en heb ik het gedaan. Chronisch en structureel.
In ‘Vrij’ maak ik duidelijk hoe ik wist te stoppen. Met gebruiken, met piekeren, met de hele wereld de schuld geven van mijn shit, en met tientallen andere kansloze en destructieve gewoontes die alles hopeloos ingewikkeld maakten.
Ik ben extreem veranderd, ongeveer op elk punt en in elke cel, en dat verbaast mijzelf misschien nog wel het meest. Maar het heeft me vooral een ongekende vrijheid gegeven, nieuw plezier, optimisme en enorm veel creativiteit. En op de een of andere manier voel ik de verplichting dat inzicht met je te delen.
Er is veel te veel onmacht, woede en schaamte. Er zijn te veel taboes en stigma’s en verwijten. En wat mij betreft is het leven simpelweg te mooi en bijzonder om aan één stuk door te strijden met denkbeeldige monsters, en in de ban te zijn van problemen die slechts ontstaan door onwetendheid. Dat wil ik ontzenuwen. Want dat maakt je vrij.

EEN PRAKTISCH VERHAAL:

Ik heb de afgelopen jaren hónderden (zelfhulp)boeken gelezen. Letterlijk. Met de bezetenheid waarmee ik ooit dronk en rookte en mijn ongekende cynisme de wereld in gooide, ben ik op zoek gegaan naar het einde van mijn lijden. Ik zette mijn notoire grenzeloosheid in om te ontdekken waarom ik jaar in jaar uit, dag in dag uit, zo ongelukkig was, zo somber, en zo boos op alles en iedereen.
Het resultaat van dat uitzinnige zoeken en belachelijke studeren en non-stop uitproberen vind je in ‘Vrij’. Het is een praktisch en reëel verhaal geworden, waarin ik uitgebreid uitleg waar fenomenen als onrust, schaamte, misbruik, woede, angst, jaloezie en frustratie vandaan komen. Ik vertel hoe ze ontstaan, hoe het komt dat je er zo ongelooflijk makkelijk in verstrikt raakt (en vaak zelfs aan verslaafd bent), én natuurlijk wat je kunt doen om je er niet meer in te verliezen.
Als je serieus aan de slag gaat met wat ik je vertel, als je bereid bent een paar heel hardnekkige aannames te onderzoeken en rigoureus te ontmantelen, kun je het leven opnieuw ontdekken. Dat meen ik. Letterlijk elke ervaring kan intenser, boeiender en prettiger worden. Bovendien leer je los te komen van al je afhankelijkheden, zowel van middelen als mensen.
Wat ‘Vrij’ je kan leren is niet per se heel eenvoudig om in praktijk te brengen (want ik doe geen gratuite beloftes), maar de beloning is fenomenaal.

IN VRIJ KOM JE ONDER MEER HET VOLGENDE TEGEN:

– De grootste misvattingen over controle op ons bestaan (en waar je kansen liggen)
– Alles over een belangrijke motor achter verslaving, en hoe je die stil kunt zetten
– Waarom ‘loslaten’ en ‘accepteren’ geen handelingen zijn, en wat je wél kunt doen met hetzelfde effect
– Hoe weerstand tegen wat ons overkomt alles duizend keer erger maakt
– De mechanismen achter fenomenen als schuld en schaamte, onredelijke woede en slachtofferschap, en hoe je ermee omgaat
– Waarom zelfhulpboeken niet helpen
– Hoe je kunt afrekenen met piekeren, zorgen, angst en paniek
– En wat het geheim is van een leven waarin je álles wat je overkomt met het volste vertrouwen tegemoet ziet en oplost

SPAAK; overwinnen van een burn-out

20130209-134837.jpgIn Spaak kijkt schrijver Pierre Carrière terug op de burn-out die hem in 2003 overviel. Vijf jaar later leest hij in zijn tuinhuisje in het dagboek dat hij tijdens die zware periode bijhield. Hoewel de aanleiding van het boek zijn burn-out is, gaat Spaak over universele thema’s als rouwverwerking, angst, loslaten, omgaan met pijn, analyseren van de opvoeding, verkrijgen van zelfinzicht en persoonlijke groei. Het boek zet de lezer aan het denken. Vooral over zichzelf.

Wanneer de schrijver in de zomer van 2003 zijn moeder achter moet laten in een verpleeghuis, is het op. Die zwarte dag bleek de laatste druppel. Enkele dagen erna ligt hij trillend in bed, bevangen door angsten. In zijn drukke leven met twee kleine kinderen, een eigen reclamebureau en veel vrienden was te weinig ruimte ingeruimd om verdriet te verwerken. Bijvoorbeeld het rouwen om zijn vroeg overleden vader en tergend langzaam dementerende moeder.
Spaak geeft inzicht in de oorzaken van de burn-out, die zich buiten maar vooral binnenin de schrijver bevinden. Carrière neemt de lezer mee in zijn proces van herstel en beschrijft onder andere sessies bij een psycholoog, haptonoom en natuurgenezer. Hij leert dat een burn-out een ziekte en genezing, pech en een zegen tegelijkertijd is. Een ervaring die dwingt tot verandering van levensritme en acceptatie van gebeurtenissen en karaktereigenschappen.

20130209-135035.jpgCarrière hanteert een vlotte, directe schrijfstijl. Zijn humor zorgt ervoor dat Spaak nergens ‘loodzwaar’ wordt, ondanks het onderwerp burn-out. Bovendien wisselt de schrijver de dagboekverhalen af met luchtige stukjes over het reilen en zeilen rond zijn tuinhuisje. Hierin komt zijn liefde voor vogels en de natuur aan bod. Een prettig leesbaar boek waarin veel mensen rond de veertig met een druk bestaan zich in zullen herkennen. Zeker die lezers die ook ‘tegen zichzelf zijn aangelopen’; die een periode hebben gehad waarin ze gedwongen werden hun denken, doen en keuzes eens goed te analyseren. Hoewel Spaak een autobiografische roman is, en dus geen zelfhulpboek, kunnen mensen er veel aan hebben en kan het ook preventief werken.

Uit Spaak:
‘Wat veel mensen ‘jezelf veranderen’ noemen is niet zozeer iemand anders worden, maar juist meer jezelf. Het is eerder oude blokkades opheffen dan nieuwe eigenschappen aanleren.’

‘Ze moeten in het middelbaar onderwijs eens wat meer aandacht besteden aan Nietzsche in plaats van aan Napoleon.’

‘Geluk is geen permanente toestand die te bereiken is door de juiste stappen van zijn handleiding te volgen.’

Uit en Thuis

20120815-131952.jpg

Wat kunnen debuterende schrijvers en schrijfsters je toch verrassen. Zo ook Marjon Vaandering met haar verhalenbundel “Uit en Thuis”.
Marjon en ik hebben elkaar een aantal jaren geleden ontmoet tijdens een prachtige meditatie-sessie bij Rob van Dijk. Rob is de oprichter van Advaita.nl en was onze Advaita leraar op dat moment. En ook al is Rob in 2011 helaas te jong overleden, voor mij is hij nog steeds mijn leraar.

Omdat Marjon en ik deze ervaring en passie voor de Advaita delen, was ik natuurlijk wat eerder getriggerd om haar boek te bestellen. Zodra ik het ontvangen had, een paar weken voor onze vakantie, nam ik me voor het tijdens de vakantie te lezen. Toen ik echter het eerste verhaal, nieuwsgierig, had gelezen, liet het boek me niet meer los.
Ofwel, het hoefde niet meer mee naar Italië en was uit op twee avonden.

Marjon is een kei in waarnemen. Kijk, schrijven kunnen velen. Maar waarnemen wat iets of iemand met je doet, en dit dan beluisteren en naar eer en geweten delen, dat is niet veel mensen gegeven.
Haar verhalen beschrijven super herkenbare situaties, maar dan op een bijzondere manier beschreven. Haar invalshoeken zijn verrassend.
Los van filosofische kennis zijn het vooral gewoon heerlijke verhalen uit het dagelijkse leven. Een zalig boek, ook voor een vakantie.
Begin er dus geen dag eerder aan, want dan haalt het je koffer niet.

“Uit en Thuis” is te bestellen via Viveki.nl

Rokjesdag?

20120317-101559.jpgRokjesdag? Wanneer dan? Over een maand ongeveer, op 22 april is het 3 jaar geleden dat één van ons land’s beste collumnisten onze tijd heeft verlaten. Elk voorjaar, als de eerste zonnestralen zich zo doen gelden dat je als vanzelf op een terrasje wordt getrokken, moet ik even aan Martin Bril denken. Onder het genot van een biertje. Afgelopen woensdag was dit. Op het terras van De Sjoes in Roosendaal. Want ja, als de zon schijnt, smaakt nergens een biertje lekkerder. Hoewel het nog maart was, en nog te fris voor rokjesdag, vroeg ik mij dus af wie nu bepaalt wanneer het precies rokjesdag is. Welnu, dat bepalen de dames, in grote getalen, in samenspraak met de zon. En niemand anders, volgens Bril. Niet 1 rokje telt, nee, het is die zonnige dag waarop plotseling alle vrouwen bedenken dat dit de dag voor hun eerste rokje is. Uit respect voor Martin Bril en gewoon omdat vandaag zo lekker de zon schijnt, hier nog eens even de mooiste voorjaarscollumn die ooit geschreven is:

Rokjesdag, COLUMN, door Martin Bril, gepubliceerd op 16 april 2004

De dag begon glorieus. Toen ik naar buiten keek, zag ik aan het einde van de straat een vrouw de hoek omslaan die een rok droeg, met daaronder blote benen.

Ha, dacht ik, rokjesdag.

Misschien was ik nog wat slaperig, want toen ik later de stad inging, viel de oogst aan rokjes en blote benen tegen. Ik begon ook te twijfelen aan het belang ervan. Misschien was dat ook van invloed op de waarneming.

In het koffiehuis werd ik opgewacht door de uitbater. Hij stond glunderend achter zijn toonbank en op de vraag hoe het ging, antwoordde hij volmondig ‘goed’.

Mooi zo.

20120317-101626.jpgHij voegde er aan toe dat de lente was begonnen – hij had alweer volop van de natuur genoten. Hij knipoogde niet, maar ik begreep wat hij bedoelde en nam een tafeltje aan het raam. Het terras was opgebroken en de man die het opnieuw moest betegelen zat verderop een boterham op te peuzelen.

Een half uur later was er nog geen rokje voorbij gekomen, maar ik kon me niet voorstellen dat de uitbater mij er tussen nam. Zijn goede humeur moest bovendien érgens vandaan komen, zeker nu hij geen terras had en dat met zulk mooi weer.

Ik vertrok.

Ik had geen zin me uit het veld te laten slaan en liep naar het centrum van de stad. Het aantal naveltruitjes steeg. Ik ben daar geen fan van, maar putte er toch moed uit. Aan de andere kant: wat kon mij het schelen? Al liepen alle vrouwen naakt rond, of in hobbezakken – had ik niet iets beters te doen?

Ja, natuurlijk wel.

Alleen: het schoot me niet te binnen.

Bij de boekhandel trof ik het eerste rokje. Het was trouwens een rok, een geducht exemplaar van stevige, zwarte stof. Hij viel tot ver voorbij de knie, nog net niet tot op de enkel. Er hoorde ook een vrouw bij en die duwde een kinderwagen, waar een baby in lag te slapen. Aan haar voeten droeg ze sandaaltjes en felgroene sokken, waarvan er één lubberde.

Tsja.

En nu het mooie: de wind streek over het plein voor de boekwinkel. De vlaggetjes aan de ijscokar begonnen meteen blij te wapperen. Daarna was de wind nog net bij machte om de zwarte rok boven de groene sokken even op te tillen. Het kostte zichtbaar moeite, maar het lukte en dat leverde twee onvergetelijk blote benen op, heel even maar, gelukkig, want ze waren er nog lang niet aan toe, aan de zomer, die twee witte benen boven die groene sokken waarvan er eentje zo sympathiek was afgezakt.

Uitgeput ging de wind liggen.

Rok, sokken, sandalen, kinderwagen, baby en moeder verdwenen uit beeld, ze hadden niets in de gaten gehad. Ik was weer alleen met de vraag of het nu rokjesdag was of niet. Het leek me van niet, nou ja, dan maar niet ook.

Ik liep naar huis.

De hemel was blauw, maar hier en daar dreef wat bewolking. De zomer had zich duidelijk aangediend, maar was ook nog ver weg. Morgen weer een dag, meer houvast is er niet.

Bron: De hierboven gepubliceerd collumn is in 2004 geschreven door Martin Bril. Na zijn overlijden in 2009 publiceerde “Fokke en Sukke” dit hieronder als troost:

 

 

400 brieven van mijn moeder

Als één van de jongste Nederlanders studeer je af in de Hogere Informatica en op je 20ste begin je je eigen informatica-bedrijf. Alles gaat voor de wind, je hebt succes. Je gaat in 2004 voor een zakelijke klus naar een bedrijf in Marocco. Daar wordt een inval gedaan, en als “toevallige aanwezige” wordt je opgepakt, in een cel gegooid, en even later wordt je veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf. Voor iets, waar je NIETS mee te maken hebt. Onschuldig!

Deze nachtmerrie overkwam Joseph Oubelkas. Van de ene op de andere dag veranderde zijn mooie vrije leven in het leven waar je de meest heftige films over hebt gezien. Waarvan je denkt: “Dit gaat mij nooit overkomen”.

Het boek “400 brieven van mijn moeder” kwam ik begin vorig jaar tegen op Twitter. (Via Twitter zijn er overigens al meer bijzondere boeken op mijn pad gekomen.) Soms, als je boeken als deze ziet, denk je even van “jaja, zal wel, onschuldig” maar bij dit boek wist ik vanaf de eerste seconde dat het zo was.

Ik heb het gelezen op een paar avonden. Het verhaal is te bizar voor woorden. Het doet me beseffen dat er nog steeds mensen zijn op deze wereld die onterecht van hun vrijheid worden beroofd. Maar wat het bijzondere is, dat er mensen zijn, die ondanks deze tegenslag zichzelf staande kunnen houden. Die door liefde worden gedragen. In dit geval vooral door de liefde van en voor zijn moeder. Zijn moeder schrijft hem prachtige brieven waardoor hij de kracht vindt om in zichzelf te blijven geloven. Hoe bizar de leefomstandigheden in de verschillende gevangenissen in Marocco ook zijn, en hoe oneerlijk en corrupt het rechtssysteem daar ook werkt, Joseph blijft geloven in de kracht van liefde, vriendschap en vrijheid. De vrijheid die ze hem lichamelijk hebben afgenomen, maar zijn ziel krijgen ze niet achter slot en grendel.

Kracht is hetgeen er valt te putten uit zijn boek. Iedereen die tegenslagen heeft in het leven, kan leren van zijn verhaal. Dat er altijd hoop is, daar waar liefde is. Wie zichzelf hieraan mag vasthouden kan alles overwinnen.

Voor de twitteraars onder jullie, Joseph is te volgen op Twitter. Vanavond komt hij overigens op TV, om 17:30 uur bij RTL4 in “het familieportret”. Wie meer wil weten over hem en zijn boek: Oubelkas.nl

Stervensdruk, geen tijd om dood te gaan

Boeken lezen van mensen die zeer uiteenlopende levenservaringen hebben opgedaan. Het is al jaren mijn gewoonte. Van extreem, tot alledaags. Van succesvol tot verdrietig. Zo las ik onlangs “Stervensdruk” van Suzanna van de Hunnen.

Ik kwam haar boek tegen op Twitter. De term op zich viel me meteen al op. De tegenstrijdigheid in het woord alleen al. Al snel bestelden wij via haar site het boek, waarin zij het proces beschrijft wat zij momenteel doormaakt, vanaf het moment dat ze te horen kreeg dat haar vorm van eierstokkanker ongeneeslijk is. Ze is dan 43 en ineens wordt er een houdbaarheidsdatum op haar lichaam geplakt.

Via Twitter had ik al wat contact gehad met Suzanna en toen het boek binnenkwam, overkwam mij iets vreemds. Ik vond dat het andere boek, waar ik in aan het lezen was, opzij gelegd moest worden. Want, nu ik Suzanna “gesproken” had, kreeg ik een soort van haast om haar boek te lezen. Waarom? Om haar te kunnen vertellen wat ik er van vond? Het is me nog niet duidelijk.

Hoe dan ook, het is een boek waarin zij vlijmscherp beschrijft wat je overkomt als Magere Hein (of zoals zij hem noemt Mollige Hanna) je op de hielen zit. Emoties vliegen je rond de oren. Totdat Suzanna besluit om de “tijd stil te zetten”. Zij gaat de confrontatie aan met haar dood, niet DE dood, nee, de hare… Ze vecht niet meer tegen de dood, ze vecht voor haar leven.

De gesprekken die zij voert, met haar “alter ego” zijn hard, en soms lachwekkend. Zelden heeft een boek me zo geraakt. Suzanna maakt mij nog eens een keer duidelijk dat we allemaal sterfelijk zijn. Echter, wanneer we tot het intense besef komen dat we niet moeten stoppen met leven, op het moment dat de dood ons wordt aangekondigd, verandert er dus iets.

Ik weet totaal niet hoe ik zou reageren als mij vandaag hetzelfde zou worden verteld. Het enige wat ik zeker weet, is dat we ooit sterven. Allemaal. En hoe verder we dit wegstoppen, hoe moeilijker dit wordt. Suzanna maakt dit met haar boek bespreekbaar. Stelt kwaliteit boven kwantiteit. Gooit deuren open die we normaal liever snel voorbijlopen. Kruipt in de angst, en vindt daar zelfs liefde.

Als hulpverleners praten over begrippen als “acceptatie en overgave” denk ik altijd meteen: “wat lul je nou joh…” Suzanna heeft op het gebied van acceptatie een steen verlegd, in de rivier van mijn leven. Soms doen mensen dit. Heerlijk.
En ik ben blij dat ik dit vandaag met je mag delen Suzanna! Ik wens jou en iedereen die dit leest een zo gezond mogelijk 2012 toe. Met heel veel liefde erin.

“Hart Gezocht” (boek van Pieter van de Rest)

“Hart gezocht”  (De overlevingstocht van een man die wacht op een donor)

Op Twitter kwam ik de titel van dit boek voor het eerst tegen. Pieter van de Rest staat midden in het leven als hij op zijn 32e wordt geveld door een zwaar hartinfarct. Daarna begint een periode van ziek zijn. Ziekenhuis in en uit. Zijn hart wordt zwakker en uiteindelijk is een transplantatie zijn enige redding. Deze jaren van spanning en wachten, samen met vrouw en kinderen, worden door Pieter beschreven als een bloedstollende thriller. Pieter schrijft hard, eerlijk en emotioneel. Het uitzicht op dat ene hart, houdt hem op de been.

Als lezer krijg je inzicht in zijn ziekte en de aanpak van de cardiologen. En alles wat er psychisch bij komt kijken. Medicijnen zijn onmisbaar. Maar belangrijker nog lijkt de liefde, ons sterkste medicijn. Hoe zijn vrouw en kinderen, familie en vrienden een netwerk bouwen, waarin Pieter als gladiator aan de touwtjes blijft trekken.

Respect heb ik voor mensen die knokken en niet van opgeven hebben gehoord. “Hart Gezocht” is een boek wat iedere “mopperaar bij elk pijntje” zou moeten lezen. Een boek wat ons overtuigt om ons allemaal in te schrijven bij www.donorregister.nl.

Sommige boeken moet je gelezen hebben. “Hart Gezocht” is zo’n boek.
En vergeet je daarna nooit meer.
De blog van Pieter vind je op www.PietervandeRest.nl of via www.hartgezocht.nl

Tranen van liefde

Tranen van Liefde

November 2010. We kijken naar een uitzending van Pauw en Witteman. Aan tafel zit Tim Overdiek. Hij komt praten over zijn boek “Tranen van Liefde”. Dit blijkt het dagboek van een weduwnaar te zijn. 22 oktober 2009. Amsterdam. Jennifer Nolan, de vrouw van Tim, steekt een zebrapad over. Keurig door het groen, zoals het hoort. Een motoragent, zonder sirene en met te hoge snelheid schept haar. Een dag later bezwijkt ze aan haar verwondingen. Tim, en zijn 2 jonge zoons, komen terecht in een nachtmerrie. Een nachtmerrie die vreselijk is, en echt blijkt te zijn. Als journalist, gewend om te schrijven, besluit Tim om een dagboek bij te gaan houden. Een bizar dagboek. We hebben het meteen besteld. Een paar dagen later in huis. Met zwart witte cover. De witte letters “Tranen van Liefde” knallen door het zwart heen.

Als lezer word je vanaf de eerste woorden gepakt door dit boek. Een boek, waarvan je denkt: ik ben blij dat dit mij niet overkomt. Maar dagelijks overkomt het mensen. En in dit geval Tim. Hij blijft achter met zijn twee zoons Sander en Eammon. In dit dagboek beschrijft hij, van dag tot dag, een jaar lang, wat hem is overkomen na het overlijden van zijn vrouw. Ongelooflijk eerlijk, hard, cynisch en recht voor zijn raap. Tim beschrijft al zijn emoties, zijn woede, maar ook soms zijn vreugde op een manier die diep naar binnen komt.  Af en toe voel ik me zelfs wat beschaamd omdat hij je mee laat kijken in zijn diepste zielenroerselen, waar de gemiddelde mens liever geen pottenkijkers bij heeft. Rouwen is iets wat wij westerlingen “ergens ver weg doen, achter gesloten deuren”. Tim zet in dit boek de deuren open. Het wordt gedurende het boek duidelijk dat er geen regels zijn. Therapeuten kunnen wel mooi allerlei processen denken te benoemen, maar, wie in de shit zit, zit in de shit. En moet daar op dat moment doorheen. Daar helpen geen mooie praatjes bij. Het ouderwetse spreekwoord “vallen en opstaan” krijgt dan voor een volwassen kerel opnieuw betekenis. De dag zien door te komen, en morgen zien we weer maar verder.

Het boek heeft me enorm geraakt omdat ik zelden iemand zo open en eerlijk heb zien schrijven over zulke pijnlijke dingen. De kracht van zijn pen zit erin, dat het hem telkens lukte om ergens in een diep dal, toch een straal licht op te pakken. Een donker dal, waar toch even een straal zonlicht net door kan komen, om een roos te laten groeien. Zoiets. En dan zegt hij: “Je moet wel, je hebt geen keuze!” Toch moet je door, en dat is ook een keuze. Het moet je maar gegeven zijn om die keuze te kunnen maken. Om altijd het glas nog als uiteindelijk half vol te kunnen zien.  Tim blijf schrijven, en daarmee ook bij zichzelf. Als hij schrijft over zijn vrouw, dan schrijft hij haar in woorden tot leven. Net zoals iemand in een droom weer naast je kan zitten. Hoeveel verdriet er in dit boek ook is, het gaat niet over de dood. Het gaat over het leven. Iedere dag als hij het leven opnieuw oppakt met zijn zoons, en andere mensen, viert hij feitelijk opnieuw het leven.

Dit boek is niet alleen een leerzaam hulpboek voor mensen die in welke vorm dan ook te maken hebben met rouwen, met verliezen. Dit boek is een goede bron voor iedereen die het zwaar heeft, met wat dan ook. En het leven gewoon even niet ziet zitten. Omdat het je laat zien, wat je allemaal kunt bedenken en aanpakken op dat soort momenten.
Dat verdriet er zo maar mag zijn. Met al zijn tranen. En dat tranen altijd te maken hebben met liefde. Met liefde voor dat wat je kwijt bent, en met liefde voor dat wat is.

Het gesprek met Tim Overdiek (bij Pauw en Witteman) kun je hier nog eens bekijken.